Geheimhouding bij gesprekken over potentiële samenwerking
Als partijen met elkaar in gesprek zijn om te onderzoeken of ze een samenwerking met elkaar willen aangaan, dan komt er vaak een moment waarop zij informatie met elkaar willen uitwisselen over hun bedrijfsvoering en hun toekomstplannen. Dat kan concurrentiegevoelige informatie zijn. Om die informatie te beschermen kan een losse geheimhoudingsovereenkomst (Non-Disclosure Agreement of ‘NDA’) worden gesloten voorafgaand aan het sluiten van de uiteindelijke samenwerkingsovereenkomst. Komt er uiteindelijk geen samenwerking tot stand, dan blijft de informatie die tijdens de gesprekken is uitgewisseld beschermd onder de NDA. Maar hoever gaat die bescherming, en wie kan daar allemaal een beroep op doen?
Uitgangspunt: geen derdenwerking of terugwerkende kracht
Het uitgangspunt is dat een overeenkomst alleen werking heeft tussen de partijen die de overeenkomst met elkaar gesloten hebben. Anderen kunnen daar in principe geen aanspraken aan ontlenen. Een NDA die tijdens het onderzoeken van een potentiële samenwerking wordt gesloten beschermt normaliter ook alleen informatie die ná de ondertekening wordt uitgewisseld. Logisch, want voor de informatie die eerder werd uitgewisseld vonden partijen geheimhouding kennelijk nog niet noodzakelijk.
Verdergaande bescherming en het Haviltex-criterium
Een partij die een ruimere bescherming wil bereiken doet er verstandig aan om heel duidelijk op te schrijven wat de bedoeling precies is. Bij de uitleg van de tekst van overeenkomsten passen rechters namelijk het ‘Haviltex’-criterium toe (1). Dit houdt kort gezegd in dat het gaat om de uitleg die de partijen in de gegeven omstandigheden aan de contractsbepalingen mochten toekennen en wat zij daarover redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Bij die verwachtingen kan worden meegewogen wat in het algemeen de gebruikelijke gang van zaken is en of partijen daar van hebben willen afwijken.
Conflict over de reikwijdte van een geheimhoudingsovereenkomst
In een voorbeeld uit de praktijk werd een onderzoeksjournalist voor de rechter gedaagd, omdat hij een NDA geschonden zou hebben. De journalist had gesprekken met een partij gevoerd over een potentiële samenwerking. Daarbij waren opmerkelijke uitspraken gedaan over het Braziliaans regenwoud. De journalist had een NDA getekend, maar had los daarvan zelfstandig onderzoek gedaan in openbare bronnen. Op basis van dat onderzoek was hij een boek gaan schrijven waarin hij misstanden aan de kaak stelde, en had hij een voorpublicatie op zijn website gezet.
In kort geding werd hij aangesproken door twee partijen die in de voorpublicatie genoemd werden, maar geen partij bij de NDA waren geweest. De rechter wees de vorderingen af, omdat de publicatie op zichzelf niet onrechtmatig was, en omdat de partijen geen beroep op de NDA konden doen omdat ze geen contractspartij waren.
Vervolgens werd de journalist opnieuw voor de rechter gedaagd, maar nu door de partij met wie hij de NDA had gesloten. Die partij meende vergaande bescherming aan de NDA te kunnen ontlenen, óók ten behoeve van andere bedrijven, omdat in de NDA stond dat ook informatie over ‘affiliates’ geheim gehouden moest worden. Een definitie van ‘affiliates’ was in de NDA echter niet opgenomen.
Verklaring voor recht over de uitleg van ‘affiliates’
Omdat de journalist nu al voor de tweede maal in een rechtszaak onterecht om de oren werd geslagen met de NDA werd de rechter daarom gevraagd om een definitie vast te stellen. Daarbij werd verzocht om aan te sluiten bij de gangbare Nederlandse vertaling van dit begrip, te weten ‘gelieerde entiteiten’ of ‘gelieerde ondernemingen’ en de uitleg die daar in het algemeen in het handelsverkeer aan wordt gegeven, te weten een onderneming waarin de andere onderneming een direct of indirect belang heeft. De rechter wees de verklaring voor recht toe (2). Als het bedrijf een ruimere uitleg van het begrip ‘affiliates’ had willen overeenkomen, dan had dat duidelijk gemaakt moeten worden in de NDA, of dan hadden die andere partijen bij naam genoemd moeten worden, aldus de rechter. Opnieuw was de slotsom dat de NDA niet geschonden was.
Het vonnis in deze zaak kunt u nalezen op rechtspraak.nl: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBROT:2023:9083
Heeft u hulp nodig bij het opstellen van een geheimhoudingsovereenkomst of heeft u vragen over de uitleg daarvan? Neem dan contact op met een van onze advocaten: Marije van der Jagt (vanderjagt@griffithsadvocaten.nl), Martijn Uijen (uijen@griffithsadvocaten.nl) of Luke Walker (walker@griffithsadvocaten.nl).
(1) Vernoemd naar één van de partijen uit een klassiek arrest van de Hoge Raad. Het Haviltex-arrest is te lezen op https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:HR:1981:AG4158
(2) Daarbij werden als ‘affiliate’ specifiek de bedrijven aangemerkt waarin het bedrijf blijkens de KVK een belang had en die een belang in het bedrijf hadden. Het ging daarbij om de 100% aandeelhouder en twee vennootschappen waar het bedrijf bestuurder van was.